Geschillencommissie: kinderopvang moet ouder deel van kosten tijdens coronasluiting terugbetalen

De Geschillencommissie kinderopvang heeft geoordeeld dat een kinderopvangorganisatie een ouder het zogenaamde ‘bovenwettelijke deel van de uurprijs' moet terugbetalen voor de periode dat de kinderopvang gesloten was vanwege corona. Het gaat om het deel van de uurprijs dat boven het maximale uurtarief ligt dat wordt vergoed via de kinderopvangtoeslag.

Belofte aan ouders

Toen de kinderopvanglocaties in maart en december 2020 werden gesloten als maatregel tegen corona, vroeg de overheid ouders om de rekening van de kinderopvang door te betalen. Zodat de sector overeind bleef. Daardoor waren kinderopvangorganisaties in staat noodopvang te bieden aan kinderen van ouders met een cruciaal beroep en aan kinderen in een kwetsbare positie. De overheid beloofde op 20 maart 2020 ouders te compenseren voor de kosten van kinderopvang waarvan zij geen gebruik van konden maken. Met de branchepartijen kinderopvang werd afgesproken dat kinderopvangondernemers het deel van de uurprijs dat eventueel boven het wettelijke deel (= het maximale uurtarief voor de kinderopvangtoeslag) uitkwam, zelf aan ouders zouden terugbetalen.

Ouder krijgt gelijk: opvang moet terugbetalen

Deze afspraak om ouders het bovenwettelijke deel terug te betalen was een dringend verzoek aan de kinderopvangondernemers. Wij hebben gemerkt dat veel ondernemers dit inderdaad hebben gedaan, waar wij erg blij mee zijn. We geven er immers de voorkeur aan dat ondernemers en ouders er onderling zelf uit komen. Toch waren er ook ondernemers die weigerden ouders terug te betalen, om verschillende redenen. Een ouder die het bovenwettelijke deel niet terugkreeg van de kinderopvangorganisatie en wel alle rekeningen had betaald, diende een geschil in bij de Geschillencommissie kinderopvang. Omdat zij had betaald voor een dienst (kinderopvang) die niet was geleverd. Deze ouder is recent in het gelijk gesteld.

 

Conclusie Geschillencommissie

Uit de uitspraak van de Geschillencommissie:

“Gedurende acht weken heeft de opvang niet plaatsgevonden maar heeft de consument daar wel voor betaald. De ondernemer is daarmee tekort geschoten in de op hem rustende verplichting tot levering van kinderopvang tegenover de consument. Dat die tekortkoming niet toerekenbaar is, is niet ter zake doende. Vaststaat dat de ondernemer geen prestatie heeft geleverd. De reden voor het niet presteren (overmacht) valt in de risicosfeer van de ondernemer. Een beroep op de algemene voorwaarden van de ondernemer kan niet slagen nu het niet benutten van de kinderopvangplaats niet aan de consument is te wijten maar aan de sluiting van de kinderopvanglocatie.”

“Dit leidt ertoe dat de ondernemer voor de periode van 16 maart tot en met 11 mei 2020 gehouden is tot terugbetaling aan de consument van een bedrag x (zijnde uren per dag x prijsdeel/bedrag boven tarief kinderopvangtoeslag x 32 dagen).” (...) Deze vergoeding boven het maximale uurtarief voor kinderopvangtoeslag over de weken waarin geen opvang heeft plaatsgevonden moet binnen 1 maand aan de ouder worden betaald.

Lees de hele uitspraak op de website van de Geschillencommissie.

 

Ook voor andere ouders geldig?

Deze uitspraak van de Geschillencommissie betreft een individuele ouder en een specifieke situatie. Toch is deze uitspraak een handvat voor ouders die dit deel van de kosten ook nog niet hebben teruggekregen van hun kinderopvangorganisatie. Wij adviseren ouders dan ook om de kinderopvangorganisatie die niet bereid is deze kosten terug te betalen, te wijzen op deze uitspraak. Mocht dit niet helpen, dan kunt u altijd nog een geschil indienen bij de Geschillencommissie.

Let op: voordat u naar de Geschillencommissie gaat moet u eerst een officiële interne klacht hebben ingediend bij uw eigen kinderopvangorganisatie.


Tips voor het indienen van een geschil bij de Geschillencommissie

Als u het geschil wilt voorleggen aan de Geschillencommissie dan geven we u graag de volgende tips mee:

  • Maak een heldere omschrijving van de situatie.
  • Formuleer concreet waar u een uitspraak van de Geschillencommissie over wilt: wat vraagt u van de kinderopvangorganisatie? Voeg bijvoorkeur ook een berekening toe als het gaat om het terugkrijgen van een geldbedrag.
  • Verwijs naar deze uitspraak van de Geschillencommissie kinderopvang (casus 60292)


Hoe snel moet u actie ondernemen?

U kunt een geschil tot 12 maanden na indiening van het geschil bij de ondernemer voorleggen aan de Geschillencommissie. Maar let ook op de termijnen die de ondernemer hanteert in zijn klachtenreglement. U heeft soms maar beperkt tijd (nadat de onenigheid ontstond) om de intern klacht in te dienen. Dit kan per kinderopvangorganisatie verschillen.

 

Over de Geschillencommissie

Alle kinderopvangorganisaties zijn verplicht aangesloten bij de Geschillencommissie Kinderopvang. Een geschil indienen bij de Geschillencommissie kost € 25. Als u in het gelijk wordt gesteld krijgt u dit bedrag terug. De Geschillencommissie moet uiterlijk binnen zes maanden na de voorlegging van het geschil een uitspraak doen volgens de Wet kinderopvang. De uitspraak van de Geschillencommissie is bindend.

In onze nieuwsbrief lichten we elke maand een onderdeel uit op het gebied van klachten en conflicten in de kinderopvang. Schrijf u nu in voor de nieuwsbrief en lees reeds verschenen nieuwsbrieven. 

Lees ook: 10 FAQ over de compensatie kinderopvang tweede coronasluiting

Lees ook: Corona-compensatie voor ouders zonder kinderopvangtoeslag aanvragen voor 16 juli 2021

Lees ook: Opvang doorbetalen bij quarantaine kind of sluiting opvang?