Nieuw financieringsstelsel kinderopvang

Minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid werkt samen met DUO, Toeslagen, UWV en SVB aan een nieuw stelsel voor de financiering van kinderopvang.

De regering heeft in het regeerakkoord afgesproken dat er een nieuw systeem moet komen voor de financiering van kinderopvang. Dat nieuwe systeem moet in de plaats komen van de Kinderopvangtoeslag. In het nieuwe systeem betaalt de overheid 96% van het maximum uurtarief van de kinderopvang. Ouders betalen, ongeacht hoe hoog hun inkomen is, de overige 4%. Ouders betalen de kosten boven het maximum uurtarief volledig zelf (dat is nu ook het geval). Ouders betalen ook bijkomende kosten zelf. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan extra kosten voor een warme maaltijd of andere extra diensten. De overheidsvergoeding is alleen voor werkende ouders.

 

Actualiteit

Op 15 september hebben demissionair minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en haar collega's een brief gestuurd aan de Tweede Kamer over de stand van zaken over de herziening van het financieringsstelsel van de kinderopvang. Op 28 september volgt er in de Tweede Kamer een commissiedebat waar ook dit onderwerp op de agenda staat. 

 

Doelen

De regeringspartijen hebben drie doelen afgesproken voor het nieuwe financieringssysteem:

  1. het betalen van kinderopvang moet eenvoudiger en begrijpelijker zijn voor ouders
  2. het moet voor ouders makkelijker worden de zorg voor hun gezin te combineren met hun werk, het moet ouders daarmee stimuleren meer te werken
  3. door het bijna gratis maken van kinderopvang het gebruik van kinderopvang aan te moedigen

BOinK is nauw betrokken bij het ontwikkelen van dit nieuwe systeem voor de financiering van kinderopvang. BOinK vertegenwoordigt de belangen van ouders (en hun kinderen) en brengt deze steeds onder de aandacht in alle bijeenkomsten en overleggen. Ook andere partijen uit de sector kinderopvang zijn betrokken, waaronder organisaties voor ondernemers en werknemers in de Kinderopvang, het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en andere overheidsorganisaties.

Vanaf het allereerste overleg heeft BOinK aandacht gevraagd voor drie belangrijke aandachtspunten. Van deze drie punten weten we, uit contacten met onze achterban, uit onderzoeken en uit jarenlange ervaring dat ze heel belangrijk zijn voor het gebruik van kinderopvang door ouders:

  • zorgt het nieuwe financieringssysteem ervoor dat kinderopvang betaalbaar is voor álle ouders?
  • is het nieuwe systeem begrijpelijk en uitvoerbaar voor alle ouders?
  • hebben alle kinderen van 0 tot 4 jaar toegang?

Als het antwoord op één of meer bovenstaande vragen ‘nee’ is, dan heeft dat tot gevolg dat kinderopvang veel minder goed bereikbaar is voor een grote groep ouders. Terwijl het juist heel belangrijk is voor de ontwikkeling van kinderen dat álle kinderen gebruik kunnen maken van kinderopvang. Dit is ook belangrijk voor de toekomst van onze maatschappij. 

Eerste ontwerp

In 2022 is een start gemaakt met de voorbereidingen voor de financiële stelselwijziging voor de kinderopvang zoals opgenomen in het regeerakkoord:

‘We hebben de ambitie om de toeslagen af te schaffen, zodat mensen niet meer verdwalen in de ingewikkelde regelingen of te maken krijgen met hoge terugvorderingen. Daarom voeren we de komende jaren een fundamentele herziening van de kinderopvang toeslag door. In stappen verhogen we de vergoeding van de kinderopvang tot 95% voor werkende ouders. De toeslag wordt daarnaast direct uitgekeerd aan kinderopvanginstellingen zodat ouders niet meer worden geconfronteerd met hoge terugvorderingen. Ouders betalen alleen nog een kleine eigen bijdrage.’ (‘Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst’, Coalitieakkoord 2021 – 2025 VVD, D66, CDA en ChristenUnie, 15 december 2021)

Inmiddels is er een eerste ontwerp gemaakt voor het nieuwe stelsel. Dat ontwerp gaat nog niet op details in. Ook is er nog veel onduidelijk over de precieze effecten van het ontwerp. Wel zijn er inmiddels meerdere onderzoeken gedaan waarbij in kaart wordt gebracht wat de mogelijke gevolgen zijn, positief en negatief, van de tot nu toe gemaakte keuzes in het ontwerp. Deze onderzoeken worden impactanalyses genoemd. Ook voor ouders in de kinderopvang is zo’n onderzoek gedaan. Daarnaast is ook gekeken wat de gevolgen zijn voor ondernemers en gastouders in de kinderopvang, voor werknemers in de kinderopvang en voor de overheidspartij die het nieuwe systeem moet gaan uitvoeren. En tot slot is er ook gekeken wat de gevolgen zijn van de tot nu toe gemaakte keuzes voor onze maatschappij. Dat laatste onderzoek is uitgevoerd door het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) en het Centraal Planbureau (CBP).

Het Centraal Planbureau (CPB) en Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) komen tot de conclusie dat de 96% vergoeding voor kinderopvang er niet voor zorgt dat ouders meer gaan werken. Daarnaast zijn er zorgen omdat kinderopvang voor gezinnen met een laag inkomen juist duurder wordt. Hierdoor zullen deze kinderen juist minder naar de kinderopvang gaan. Dat is niet goed voor de ontwikkelingen van kinderen en voor hun kansen in onze maatschappij.

Rol BOinK

Ook BOinK heeft in haar advies aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid haar zorgen geuit over deze punten. Daarnaast heeft BOinK zorgen dat het nieuwe systeem voor een groep ouders niet begrijpelijk en goed uitvoerbaar is. Deze zorgen komen ook naar voren uit het onderzoek naar de gevolgen van het systeem voor ouders.

BOinK is blij dat zowel het Centraal Planbureau als het Sociaal Cultureel Planbureau benoemen dat de ontwikkeling van kinderen en gelijke kansen voor alle kinderen het allerbelangrijkste doel zou moeten zijn van de regering. BOinK zet zich daarom in om, samen met andere partijen in de kinderopvang, te werken aan een gezamenlijk plan waarin de ontwikkeling en gelijke kansen voor kinderen centraal staan. De verwachting is dat het nog meerdere jaren gaat duren voor er een goed nieuw stelsel ligt voor ouders en kinderen. Het kost immers tijd om een goed en zorgvuldig systeem te ontwerpen. Maar het kost ook tijd om dit te laten bouwen. BOinK denkt daarom dat het verstandig is om de invoering van het nieuwe systeem met twee jaar uit te stellen. Want dit is in het belang van ouders en hun kinderen. BOinK stelt: liever meer tijd nemen voor het ontwikkelen van een echt góed nieuw systeem dan met grote haast een systeem bedenken waarvan we er later achter komen dat het allerlei, onverwachte, negatieve gevolgen heeft. BOinK vraagt zich sterk af of 2 jaar uitstel haalbaar is omdat uitvoerende organisaties vanuit de overheid al hebben laten weten dat er veel meer dan de door de Minister genoemde 2 jaar nodig zal zijn.

Laten we de komende tijd daarom goed gebruiken voor het ontwikkelen van dit nieuwe systeem, samen met alle betrokken partijen en organisaties. En laten we het belang van ouders die de komende jaren gebruikmaken van kinderopvang niet uit het oog verliezen. Dus BOinK wil ook in het huidige systeem blijven werken aan verbeteringen voor betaalbare en kwalitatief goede kinderopvang, in het belang van alle kinderen en ouders.