• Wat is het beleid rondom ruildagen?
    De meeste kinderen komen op vaste dagen naar de kinderopvang en buitenschoolse opvang. Dit is goed voor de stabiliteit van de groepen, immers een vaste groep kinderen en vaste medewerkers is een belangrijke voorwaarde voor het zich veilig voelen van kinderen en daarmee van groot belang voor de pedagogische kwaliteit. Het kan echter voorkomen dat u op andere dan de vaste contractdagen opvang nodig heeft voor uw kind.
    De meeste kinderopvangorganisaties bieden deze mogelijkheid. Meestal als extra service, in een enkel geval als bijbehorend onderdeel van het contract of opgenomen in de algemene voorwaarden. Zo kunt u een dag dat uw kind geen gebruik heeft kunnen maken van de opvang in verband met bijvoorbeeld een vrije dag of vakantie, ruilen tegen een andere opvangdag.
     
    Tijdens ons spreekuur ontvangen we vragen hierover, omdat deze service momenteel voor veel kinderopvangorganisaties niet te realiseren is (o.a. door personeelstekort, ziekte en werkdruk).
    Het beleid rondom de ruilservice moet voor ouders helder zijn én duidelijk onder welke voorwaarden en binnen welke termijn het ruiltegoed kan worden ingezet.
     
    Tip: check in de (aanvullende) algemene voorwaarden van uw kinderopvangorganisatie in welk beleid er rondom het ruilen van dagen wordt gebruikt.
  • Welke kosten moeten inzichtelijk worden in de contracten tussen het gastouderbureau en gastouder en vraagouder?

    Vraagouders moeten voordat zij in zee gaan met een gastouderbureau en een gastouder volledig worden geïnformeerd over alle kosten die tussen partijen in rekening worden gebracht m.b.t. het op te vangen kind. Die kosten moeten zichtbaar zijn in één of meer contracten die door het gastouderbureau worden afgesloten met de vraagouder (artikel 11b Regeling Wet kinderopvang).

    Kosten ten aanzien van een cursus hoeven niet in de contracten vermeld te worden. Alleen kosten die in rekening worden gebracht m.b.t. het op te vangen kind dienen in de contracten inzichtelijk te zijn.
    Uitvoeringskosten en kosten van gastouderopvang hoeven niet in gelijke tijdseenheden inzichtelijk gemaakt te worden.

    Veel gastouderbureaus sluiten nog voordat een gastouder is gevonden (bemiddelings)contracten af met vraagouders. In dat geval moeten eventuele kosten die het gastouderbureau in rekening brengt bij de vraagouder, en die pas bekend worden nadat een koppeling tot stand is gebracht tussen de vraagouder en een gastouder, worden vermeld in een na te zenden addendum bij het reeds afgesloten (bemiddelings)contract of in een dan af te sluiten definitief contract met de vraagouder.

  • Mag je een nieuw kind laten wennen voor de ingangsdatum van de opvang?

    In een contract mag je afspraken opnemen inzake het wennen. Bijvoorbeeld: Ouders ondertekenen een contract d.d. 1 maart. De wenperiode is van 1 t/m 31 maart. In de regel strekt een wenperiode zich uit over enkele dagen of langer en wordt de wentijd per dag steeds wat langer opgebouwd. De volledige opvang conform het contract start per 1 april.

  • Telt een nieuw kind ook mee voor de BKR als het slechts in het kader van het wennen 2 of 3 uur per dag naar de opvang gaat?

    De BKR wordt berekend over de feitelijk aanwezige kinderen. Een nieuw kind telt mee voor de BKR, ook als de opvang slechts voor korte duur is.

  • In welke groep telt het wen-kind mee voor de BKR als het al wordt opgevangen op het kindercentrum?

    Een kind dat overgaat van de ene naar de andere groep en daar gaat wennen telt mee voor de BKR in zijn  oorspronkelijke groep. Een wen-kind dat een korte tijd went in een andere groep kun je aanmerken als een activiteit en daarom telt het kind niet mee voor de BKR op de wengroep. De plaats voor het kind op de eigen groep moet onbezet blijven zodat het kind te allen tijde kan terugkeren. De tijd in de nieuwe groep moet wel van korte duur zijn.

  • Wat zijn de voorwaarden rondom het wennen bij de kinderopvang?
    • Wennen mag alleen met een schriftelijk ondertekend contract met de kinderopvang.

    • Een nieuw kind telt mee voor de op de groep. Dit is de verhouding tussen het aantal medewerkers en aantal kinderen van een bepaalde leeftijd. Ook mag de maximale groepsgrootte niet overschreden worden. Kortom, er moet ‘ruimte’ zijn op de groep.

    • Als een kind overgaat van de ene naar de andere groep en in de nieuwe groep gaat wennen, dan blijft het kind voor de BKR meetellen bij de oude groep. Het kind moet tijdens wennen namelijk altijd terug kunnen naar de oude groep. De wentijd in de nieuwe groep moet wel van korte duur zijn, dus niet de hele dag.

    • Een kinderopvangorganisatie moet beleid opgesteld hebben over de manier waarop kinderen kunnen wennen. Dit staat in het pedagogisch werkplan. Vraag dit na bij jouw kinderopvang.

    Branchepartijen hebben hierover een notitie met richtlijnen voor houders opgesteld.

    Meer weten over het contract? Bekijk onze pagina contracten en algemene voorwaarden.