Ouders dupe van fiscus én fraude bij kinderopvang

NRC

In Rotterdam zijn tientallen kwetsbare gezinnen de dupe geworden van fraude bij twee kinderopvangorganisaties. Volgens een interne richtlijn mag de fiscus dit niet verhalen op de ouders: toch blijven ze dit doen.

Na Eindhoven eerder dit jaar blijken nu ook in de regio Rotterdam meer dan honderd huishoudens met jonge kinderen in grote financiële problemen te zijn gekomen door het onterecht terugvorderen van kinderopvangtoeslag.

Trouw en RTL Nieuws publiceerden het afgelopen weekend over een interne richtlijn van de Belastingdienst, die ook in handen is van NRC. De richtlijn gaat over de vraag of er sprake is van opzet of schuld van ouders bij het foutief aanvragen van kinderopvangtoeslag, waarbij wordt opgemerkt dat ouders niet verantwoordelijk zijn als er sprake is van een frauderende kinderopvang.

Toch blijkt de Belastingdienst in de praktijk geen rekening met de richtlijn te houden. Nazmiye Karaduman, die twee van haar kinderen onderbracht bij kinderopvang ’t Voortvarend Scheepje in Rotterdam, vindt de houding van de Belastingdienst verwarrend en frustrerend. „Als ik de Belastingdienst vroeg wat het probleem was waren ze in eerste instantie heel vriendelijk,” zegt Karaduman. „Maar zodra ze mijn sofinummer opzoeken in het systeem geven ze geen antwoord meer en kunnen ze ineens niets voor me betekenen.”

Begin 2019 berichtten RTL Nieuws en Trouw over de omstreden aanpak van het Combiteam Aanpak Facilitators (CAF), een speciaal fiscaal team, bij het Eindhovense gastouderbureau Dadim. Daarna volgden publicaties over vermeend etnisch profileren door de dienst en handelen van het CAF-team bij andere gastouderbureaus, waarbij onterecht toeslagen werden teruggevorderd.

De nieuwe gevallen in Rotterdam tonen aan dat, naast gastouderbureaus, ook kinderopvangcentra bij de problemen betrokken zijn. Het rapport van de commissie-Donner over de affaire – dat deze maand moest verschijnen – werd uitgesteld vanwege de recente uitspraak van de Raad van State.
Karaduman bouwde bijna 30.000 euro schuld op door subsidiefraude bij de kinderopvang. Tevergeefs tekende ze jarenlang bezwaar aan tegen de terugvorderingen, maar bij de Belastingdienst geldt in het geval van kinderopvangtoeslag in de praktijk altijd dat de ouder betaalt. Ook als ze de dupe zijn van frauderende kinderopvangcentra.

De afgelopen maanden sprak NRC met diverse ouders en medewerkers van twee kinderopvangcentra in de regio Rotterdam. Van de ene opvang – De Parel in Capelle aan de IJssel – werd de directeur veroordeeld voor kinderopvangfraude. Bij de andere opvang – ’t Voortvarend Scheepje in Rotterdam – deed de FIOD een inval vanwege vermeende belastingfraude en deden ook de ouders aangifte tegen de directie wegens toeslagenfraude.

Vertrouwensrelatie

Het verhaal van gedupeerde Nazmiye Karaduman begint in 2008, als ze opvang zoekt voor haar twee kinderen. Ze werkt, net als haar man, en heeft flexibele opvang nodig. Eentje die nog laat open is, zodat overwerken geen probleem is, en waarbij de kinderen onverwachts een dagje extra terecht kunnen als dat nodig is.

Opvang ’t Voortvarend Scheepje biedt dit alles en een bevriende buurtbewoner introduceert Karaduman bij de directeur. Het klikt meteen.

Ruim vijf jaar later noemt Karaduman haar nog altijd een warme vrouw: „Ik vind het nog steeds moeilijk voor te stellen dat ze moedwillig fraude heeft gepleegd.” Karaduman heeft haar altijd vertrouwd: „Ja, ook met mijn DigiD. We kenden haar en ze had beloofd dat ze alles voor ons zou regelen.”

Bij ’t Voortvarend Scheepje ging het dus om flexibele opvang, waarbij de opvang alles voor de ouders regelde. Ouders konden ervoor kiezen hun DigiD af te staan. De ouders die dit niet vertrouwden, mochten zelf inloggen op de computer. Daarbij werd, zo bleek achteraf, gewerkt met een schaduwvenster dat de inloggegevens onthield. De directeur van ’t Voortvarend Scheepje kwam over als de reddende engel waarop ouders blindelings vertrouwden. Ze was op de hoogte van de thuissituaties en persoonlijke problemen, en was er altijd om een helpende hand te bieden.

Ook bij kinderopvang de Parel creëerden de eigenaren een sterke vertrouwensband met de ouders. Er was een nauwe samenwerking met basisscholen en de directie van de Parel wist een medewerker van een naburige basisschool te overtuigen om te komen werken op de kinderopvang. „Ik vond het niet erg om als vertrouwd gezicht de opvang een steuntje in de rug te geven bij de oprichting”, zegt Willeke Ravenna, een medewerker bij de Parel die uiteindelijk klokkenluider zou worden in deze zaak. „Wat ik erg vond, was dat later bleek dat ik was ingezet om de fraude van de eigenaren te faciliteren.”

Het ging in Rotterdam vaak om ouders in kwetsbare situaties, zegt Gjalt Jellesma, voorzitter van de belangenvereniging voor ouders BOinK. Ouders met lage inkomens die sterk afhankelijk zijn van de toeslagen. Sommige ouders waren de Nederlandse taal niet machtig, of het betrof jonge moeders die fulltime studeren, of alleenstaande ouders die lange dagen werken om rond te komen. Wat de gedupeerde ouders gemeen hebben is dat ze niet goed uit de voeten kunnen met de ingewikkelde systemen van de Belastingdienst. En dat ze sterk afhankelijk zijn van opvang en niet snel het handelen van die betreffende opvang in twijfel trekken.

Lees verder op NRC.nl

Lees meer over de kinderopvangtoeslag affaire