Overgrote deel medewerkers kinderopvang voldoet aan nieuwe taaleis
In de kinderopvang gelden vanaf 1 januari 2025 eisen voor de mondelinge taalvaardigheid van pedagogisch professionals. 95% van de medewerkers voldoet volgens werkgevers in de kinderopvang al aan deze taaleis.
Dit blijkt uit een onderzoek onder locatiemanagers en medewerkers in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Van de medewerkers die nog niet voldoen is een deel ouder dan 60 jaar. Voor hen gelden soepelere regels. Dit meldt staatssecretaris Jurgen Nobel (Participatie en Integratie) in een brief aan de Tweede Kamer.
Staatssecretaris Nobel: “Ik ben blij dat bijna alle pedagogisch professionals beschikken over het gewenste taalniveau. Ik vind het belangrijk dat we zoveel mogelijk medewerkers kunnen behouden voor de kinderopvang, we hebben iedereen nodig. Tegelijkertijd willen we de kwaliteit ook op peil houden met voldoende aandacht voor taal.”
Taal belangrijk voor kinderen
De taaleis in de kinderopvang is in 2017 vastgesteld vanuit de visie dat taalvaardigheid van kinderen belangrijk is voor hun hele toekomstige leven en loopbaan. Een goede taalvaardigheid van pedagogisch professionals vormt een belangrijke voorwaarde om dit rijke taalaanbod aan te kunnen bieden. De taaleis houdt in dat de mondelinge taalvaardigheid in de dagopvang op taalniveau 3F/B2 ligt, vergelijkbaar met het mbo4-niveau. In de buitenschoolse opvang is dit of 2F/B1. Dit komt overeen met het niveau mbo2-3.
De taaleis zou eigenlijk in 2023 ingaan. In 2021 werd besloten de invoering uit te stellen naar 2025, vanwege de werkdruk en de krapte op de arbeidsmarkt. Begin dit jaar werden bovendien versoepelingen doorgevoerd, zodat de taaleis minder knellend uitpakt in de praktijk. Het gaat onder andere om een lagere taaleis voor medewerkers in de bso, extra tijd voor medewerkers die voor langere tijd afwezig waren door ziekte en soepelere regels voor 60-plussers. Deze laatste groep – ongeveer 7% van het totaal - heeft 3 jaar langer de tijd om aan de taaleis te voldoen. Daarnaast gelden binnen de meertalige en anderstalige kinderopvang andere regels, afhankelijk van welke taal of talen de beroepskracht spreekt met de kinderen. In de gastouderopvang geldt de taaleis niet.
Bron:Rijksoverheid
Lees hier het hele artikel van de Rijksoverheid (17 dec 2024)